“Rentrez dans la leJEANnde” stond er op een spandoek van de RWDM-supporters te lezen tijdens de eerste competitiewedstrijd tegen Ganshoren. De woordspeling was een knipoog naar Jean Haeck. Jean was een van de oudste supporters van RWDM en overleed vorige week. Een geweldige foto van hem met een iconische bolhoed op, in de oude tribune van het Edmond Machtensstadion, staat in het geheugen van iedere supporter gegrift.

Het overlijden van een voetbalsupporter is in wezen niet anders dan het heengaan van een gewone sterveling die zijn vrije tijd niet aan een voetbalclub spendeert. Maar heel af en toe duikt er een fenomeen op dat binnen clubs wel eens clichématig als “een familiegevoel” wordt omschreven. Jongens die de man van haar noch pluim kenden, staken plots uren in het maken van een spandoek te zijner ere. Online liepen honderden rouwbetuigingen binnen. Eén RWDM-supportersclub ging zelfs een bloemenkrans afgeven op de begrafenis. Nochtans hebben die mensen niet zo heel veel gemeen. Behalve dan één ding: het bloed in hun aders kleurt rood, zwart en wit.


Als supporter van een kleine club leer je heel snel de mensen rondom je kennen, omwille van de eenvoudige reden dat er nu eenmaal niet zoveel mensen te zien zijn. Een mop uit mijn kindertijd luidde: “Bij Anderlecht kennen de supporters de namen van de spelers. Bij RWDM kennen de spelers de namen van de supporters.” Als kind met een bizarre en matig onderbouwde voorliefde voor de club uit Molenbeek moest ik dan altijd eens groen lachen, maar eigenlijk slaat de mop de nagel op de kop. Het is zelfs één van de redenen waarom ik nog altijd graag naar RWDM ga en waarom een bestaan als Anderlechtsupporter niets voor mij zou zijn. Bij een kleine club, zoals ook Union, is het DNA van de vereniging beter voelbaar. De folklore blijft er wat meer hangen dan in de loges van het Constant Vanden Stockstadion.


Als ik de hoofden in een voetbaltribune overloop, blijf ik doorgaans iets langer stilstaan bij de erg jonge én de oudere supporters. Bij de ene is het verhaal nog maar pas begonnen: wie weet krijgt de zesjarige die voor het eerst met papa meekomt een snertwedstrijd voorgeschoteld en zet hij nooit nog een voet in het stadion. Of misschien krijgt hij op één of andere manier wel de microbe mee, en bouwt hij eigen herinneringen op. Herinneringen, dat is net waar de bejaarde voetbalsupporter het doorgaans mee moet doen. Ik heb Jean Haeck nooit persoonlijk gekend, maar ik kan me onmogelijk voorstellen dat hij tijdens een wedstrijd van zijn club in de kelders van het Belgische voetbal niet moest terugdenken aan de glorieuze jaren zeventig, toen RWDM een landstitel pakte. De oudere fans zijn altijd de fans met de beste verhalen. Soms vult hun fantasie de gaten in die hun geheugen heeft achtergelaten. De verhalen zijn bijna zonder uitzondering spectaculairder dan de realiteit, maar ze zijn zo mooi. Zo’n man heeft tijdens zijn hele levensloop misschien geregeld gewisseld van job, van vriendin of vrouw, of van huis. Maar nooit van voetbalstadion. De constante factor in een continu veranderend bestaan.


Jean was niet zomaar een RWDM-supporter. De man is ooit voorzitter geweest van de jeugdschool van de club. Op die manier ontstond een jarenlange hechte vriendschap met het Nederlandse voetbalicoon Johan Boskamp, ex-speler van RWDM. “Ze hebben maar een keer ruzie gemaakt, en dat was toen Boskamp trainer werd van RSC Anderlecht, in die tijd onze aartsvijand. Maar dat is niet lang blijven hangen,” zei een bestuurslid van RWDM deze week in Het Nieuwsblad. Boskamp kwam ook regelmatig over de vloer in de biljartclub R.B.C., waar Jean voorzitter was. Zes jaar geleden stond er in deze krant nog een interview met hem, over een club vol biljartaficionado’s die toen meer en meer op een seniorenclub begon te lijken. “Jonge mensen zijn altijd welkom, maar we kunnen hen gewoon niet bereiken,” klonk het. Jean vertelde dat hij hoopte dat de club, die toen zijn zeventigjarig bestaan vierde, de kaap van de 100 zou kunnen ronden. Jean zelf zal het jammer genoeg niet meer meemaken.


In de eerste wedstrijd van RWDM zonder Jean veegde zijn club de vloer aan met de buren uit Ganshoren: 5-1. De tribune waar Jean al die jaren zijn vaste zitje had, zat voller dan ooit tevoren en juichte uit volle borst. Het spandoek te zijner ere blonk fier toen de spelers de spionkop kwamen groeten. Als RWDM aan het einde van dit seizoen de verhoopte titel binnenhaalt, verdient Jean Haeck een speciale vermelding. Hij heeft er tijdens al die decennia wellicht meer bloed, zweet en tranen voor gelaten dan de voltallige spelerskern.

Journalist Filip Van der Elst kijkt bij het betreden van een voetbalstadion eerder naar de tribunes dan naar de grasmat.

Estafette

In Estafette schrijven BRUZZ-journalisten Filip Van Der Elst, Bram Van de Velde en Ken Lambeets om beurten over sporten in Brussel.    

Het seizoen van RWDM

Op de laatste speeldag in derde amateurklasse speelt RWDM zondag in het Edmond Machtensstadion tegen Doornik. Het seizoen van de gedoodverfde Brusselse titelfavoriet liep niet altijd zoals gewenst. Met onder meer een trainersontslag. Maar uiteindelijk staat RWDM nu op één overwinning van de titel. Herbeleef het seizoen met artikels en video's van BRUZZ.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Column , Estafette , Het seizoen van RWDM

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni